“Wanneer kan ik ‘m verwisselen voor iets mooiers?”
Of: “Hoe lang moet ik wachten tot ik weer op mijn oor mag slapen?”
Of misschien zelfs: “Kan ik deze ring al in het goud krijgen, of moet ik écht wachten?”
We snappen je helemaal. Maar helaas: piercings zijn geen fast fashion. Ze zijn een investering – en je lichaam houdt niet van haast.
Dus… hoe zit het met die genezingstijd? Welke piercing is snel, en welke vraagt zen-geduld?
De sprintkampioenen (4 tot 8 weken)
Ja hoor, sommige piercings zijn écht snel klaar. Denk aan de oorlel – het lievelingetje van de piercingwereld. Ook de neusvleugel en wenkbrauw doen lekker mee.
Als je deze goed verzorgt (en niet de hele tijd aanraakt), kun je na anderhalve maand al richting de “bijna klaar”-fase. Maar pas op: bijna is niet helemaal.
De middellange afstand (2 tot 6 maanden)
Hier begint het echte werk. De helix, septum, forward helix, lip en co. zijn stabiel, maar hebben meer tijd nodig. Vooral als je:
– op je piercing slaapt
– hem laat haken aan je trui
– of vergeet dat je überhaupt gepiercet bent (ja, het gebeurt)
Goed nieuws: als je netjes reinigt, niet friemelt, en het juiste materiaal draagt, zit je vaak rond de 3 tot 5 maanden op de veilige zone.
De marathonlopers (6 tot 12 maanden of langer)
Ah, de legendes. De tragus, daith, conch, navel, tepel en alle intieme piercings zijn geen haastige types. Deze nemen hun tijd – en terecht.
Waarom? Omdat het kraakbeen is. Of een plek die veel beweegt, buigt, of zweet.
Geef je lichaam de ruimte om goed te genezen. Het is geen wedstrijd.
Wanneer mag je wisselen?
Het gouden moment komt niet met een stopwatch. Het komt met signalen. Let op:
– Geen roodheid, zwelling of gevoeligheid
– Geen wondvocht of korstjes
– Sieraad beweegt soepel, zonder pijn
– De huid voelt stevig en gesloten
Nog onzeker? Kom gewoon even langs. Wij checken het gratis – mét steriele handschoenen en zonder oordeel.
Maar ik wil zó graag een ander sieraad…
We know. Geloof ons – wij zijn óók verliefd op al die nieuwe steentjes, hoops en custom designs. Maar...
Als je te vroeg wisselt, kun je alles verpesten: littekens, irritatie, opnieuw moeten piercen.
Geduld = sexy.
En eerlijk is eerlijk: hoe beter je wacht, hoe mooier je piercing blijft. Dat ene gouden ringetje komt echt nog wel.
Conclusie
Snel genezen? Denk oorlel of neusvleugel.
Langzaam maar stijlvol? Denk tragus, navel of tepel.
Wisselen? Alleen als je lichaam zegt: ja. Niet omdat je outfit daarom vraagt.